Gleichenia dicarpa
Gleichenia dicarpa bestaat uit talloze bladeren die min of meer verticaal ontstaan uit een dunne, veel vertakte wortelstok. Elke varenblad kan 7 voet lang worden met pinnae tot 1.6 lang. De kleinste eindtakken, bekend als pinnules, zijn slechts 1 tot 1,5 mm lang en gebogen randen die ze een cup- of buidelvorm geven. In vruchtbare bladeren liggen twee sporen in de buidel. De sporen zijn geelachtig en donker als ze rijp zijn. Varenbladen die groeien in zonnigere gebieden hebben vaak een gebleekte gele kleur.